CFL-wandelpaden Manternacher Fiels
© Oliver Raatz

Outdoors Passion CFL-Wandelpad 'Manternacher Fiels'

6 minuten

Door het wilde ravijnbos

Bestemming(en): Moezel

Oeroude bomen, zeldzame planten en zacht kabbelende beekjes – bij een wandeltocht door de ‘Manternacher Fiels’ ontdek je Luxemburg van zijn wilde kant. Het 11,5 kilometer lange CFL-wandeling loopt door een oeroud landschap. Aan het eind kun je ontspannen in de trein stappen en naar het beginpunt terugrijden.

Een zee van lichtgroene varens en met donkergroen mos bedekte stenen voeren langs de steile rotsformaties. Eromheen staan lindes en esdoorns. Hier en daar liggen omgevallen bomen die inmiddels overwoekerd zijn. Er loopt een smal pad door het bos. De lucht voelt vochtig aan. Het is aangenaam koel ondanks de zomerse temperaturen. Onderin het dal ruist zachtjes de Syr. Welkom in het wilde bos van de ‘Manternacher Fiels’.

 CFL Wandelpad Streuobstwiese
© Oliver Raatz


Het gevarieerde, beschermde natuurgebied ligt in het oosten van Luxemburg.  Tussen Manternach en Wasserbillig kun je het gebied leren kennen tijdens een 11,5 kilometer lange wandelroute van de nationale spoorwegen CFL. De toer begint op het station van Manternach. Na 100 meter is er een eerste tussenstop in het natuurbeschermingscentrum ‘A Wiewesch’. Aan het plafond van de gerestaureerde boerderij uit de 19e eeuw hangen landbouwwerktuigen uit lang vervlogen tijden.  Een tentoonstelling thematiseert de verbinding tussen natuurbescherming en landbouw. “Beide kunnen alleen hand in hand functioneren”, zegt wandelgids Luc Roeder vol overtuiging, boswachter in Manternach.

Tongvarens en zevenblad

Buiten het dorp steek je voor het eerst de 32 kilometer lange beek de Syr over, die van Syren naar Mertert stroomt. Dan moet je via een natuurlijke trap omhoog naar het bos, langs velden met fruitbomen. Van de hier groeiende appels maken de mensen vooral zoete ‘viez’, legt Luc uit. ‘Dat is nog niet gefermenteerd appelsap, dat alleen wordt geperst en dan direct geconsumeerd.’

Na een spectaculair uitzicht op Manternach, een van de oudste plaatsen van Luxemburg, loop je door een hek en kom je in het met 57 hectare grootste ravijnbos van het land en in de ‘Manternacher Fiels’. Al na een paar meter merk je dat de lucht vochtiger en koeler wordt. Precies in dit klimaat voelen mossen en varens zich thuis, legt Luc uit. Vooral de zeldzame tongvaren met zijn grote ongedeelde bladeren woekert hier in bosjes tussen de schaduwrijke rotsen. ‘Deze varen is typisch voor het ravijnbos’, zegt Luc. In zijn stem klinkt duidelijk trots, want deze zeldzame varen groeit hier in overvloed.


Het smalle pad voert steeds weer omlaag en omhoog, steeds dieper het bos in. Zevenblad groeit aan weerskanten van het pad. Hier in het beschermde natuurgebied mag de door sommige tuiniers als ‘onkruid’ bestempelde wilde plant ongestoord groeien. Want sinds ongeveer 50 jaar wordt het hele bos aan zichzelf overgelaten. Los van noodzakelijk snoeiwerk vanwege het nabijgelegen spoor en de wandelroutes wordt er geen enkele boom meer omgehakt. Het gevolg is dat er een heleboel omgevallen en langzaam wegrottende takken en boomstammen te vinden zijn. De wildernis verbreidt zich, de natuur bloeit op. De biodiversiteit groeit. Er ontstaat een ‘oerwoud van morgen’, legt Luc uit. “We hebben hier veel insecten die van dood hout leven. Tegelijkertijd kan het dode hout veel water opnemen en tijdens de droogtefases weer afgeven. Dat is belangrijk voor het relatief vochtige klimaat in dit bos.”

De ijsvogel en zwarte specht voelen zich hier thuis

Een volgende tussenstop. Luc laat een meer dan 200 jaar oude, gewone esdoorn zien, een eindje van de weg af. De diameter is gigantisch. Er zijn vier volwassenen nodig om zijn stam te kunnen omarmen. Op andere plaatsen zou zo'n majestueuze, waardevolle boom allang gerooid en tot hout verwerkt zijn, meent Luc. “Maar bij ons niet. Die mag blijven staan.”

Tijdens de wandeling hoor je zowel het kabbelen van de beek als het kwetteren van vogels. Met een beetje geluk kun je op sommige dagen zelfs ijsvogels zien, vertelt Luc. Deze inmiddels zeldzame vogelsoort heeft aan de steile rotsen boven de oevers van de Syr zijn biotoop gevonden. Ook voor de sterk bedreigde zwarte specht is de natuurlijke Manternacher Fiels ideaal. Luc laat een boomstam zien met een trapeziumvormige holte. “Die heeft de zwarte specht met zijn snavel in de boom gepikt op zoek naar insecten. Zodra hij die verlaat, wordt die vaak ingenomen door andere vogels, vleermuizen of insecten.” Later gingen ook paddenstoelen groeien. In het langzaam afstervende hout gedijt het leven – helemaal aan het einde blijft er alleen humus over.

CFL Wandelpad Schluchtwald
© Oliver Raatz

Via meer dan 100 treden door het bos

Na een steile daling loopt het pad voor de tweede keer over de Syr, onder het spoorviaduct door en dan naar de zuidelijke hellingen van de Manternacher Fiels. Snel verandert het klimaat en het bos: Het is lichter, warmer en droger, er groeien eiken, beuken en orchideeën. Luc, die als kind al boswachter wilde worden, vindt deze afwisseling fascinerend. “Hier is in een klein gebied een grote diversiteit aan bossen. De natuur verandert continu, het bos is iedere dag anders. Daarnaast heb je de grote biodiversiteit. Dat maakt de Manternacher Fiels zo boeiend.”

Onder de volgende wegwijzer met het CFL-logo kondigt een bord met mooie letters aan wat de wandelaar zo meteen kan verwachten: 100 treden. Midden in het bos. Langs de voor de ‘Fiels’ karakteristieke brokken van schelpkalk, die op met groen begroeide gipsmuurtjes lijken. Er zijn zelfs meer dan 100 treden. Op het uitzichtspunt op het plateau is de vermoeidheid echter meteen weer vergeten: vanaf hier heb je een prachtig uitzicht op het natuurreservaat, het ravijnbos en het Syrdal. Aan de horizon tekent zich het plaatsje Grevenmacher aan de Moezel af.


Het pad loopt verder over zachte bosgrond diep het uitgesneden dal in van de Schlammbaach – een rustig riviertje met veel los gesteente en met mos begroeide rotsblokken. Een groene kloof. Hier eindigt het schaduwrijke bos en de Manternacher Fiels. Langs grazende koeien loop je via een verharde weg steeds verder bergafwaarts naar het plaatsje Mertert. Twee bijna levensgrote leeuwenbeelden uit de 19e eeuw waken aan de ingang van Parc Mertert, een bijna vier hectare groot landschapspark in Engelse stijl.

CFL Wandelpad Manternacher Fiels
© Oliver Raatz

Boot met een geschiedenis

Als de oeverpromenade aan de Moezel verschijnt, draait de MS Princesse Marie-Astrid net om. Op een voorganger van deze rondvaartboot werd in 1985 het beroemde Verdrag van Schengen gesloten om het vrije verkeer van personen mogelijk te maken. Na ongeveer twee kilometer langs de rivier ben je bij het einde van de wandeling in Wasserbillig aangekomen. Voordat je omhooggaat naar het treinstation nog een laatste blik op de monding van de Sauer – het laagste punt van het land – en op de enige veerboot van Luxemburg, die net richting Duitsland vertrekt. Dan: aankomst op het kleine station. Over acht minuten rijdt de trein terug naar Manternach.

M.S. Princesse Marie-Astrid
© Oliver Raatz
Trein CFL
© Nico Berté

Dankzij het spoornet mobiel

43 CFL-Wandelroutes zijn er in het hele land; ze zijn tussen de vier en 30 kilometer lang. Het handige: de routes gaan steeds van station tot station. Na de wandeling stap je gewoon in de trein en ga je naar je uitgangspunt terug – zelfs zonder treinkaartje. Want het openbaar vervoer in het Groothertogdom is overal gratis.

Meer informatie hier

Informatie over de natuur

Het natuurbeschermingscentrum A Wiewesch (benoemd naar de voormalige boerderij) is één van de vijf centra in Luxemburg. Het hart wordt gevormd door de interactieve tentoonstelling ‘Natuurbescherming en landbouw’. Bezoekers leren hier meer over de wisselwerking tussen biodiversiteit, landbouw en gezonde voeding. Grote borden laten zien wat boeren en burgers kunnen doen om hun ecologische voetafdruk te verkleinen. Bovendien zijn er diverse gratis activiteiten zoals kruidenwandelingen, bosbaden en toeren onder begeleiding van een gids, ook voor gezinnen, door de ‘Manternacher Fiels’.